Uit cijfers van het CBS blijkt dat ruim 1,4 miljoen huishoudens begin 2013 een fiscale hypotheekschuld hadden die hoger was dan de waarde van de eigen woning. Een jaar eerder waren dit er nog 1,1 miljoen. Sinds het begin van de economische crisis eind 2008 is het aandeel huiseigenaren met onderwaarde bijna verdriedubbeld.
Huishoudens : Eigen woning
Op 1 januari 2013 bezaten bijna 4,3 miljoen huishoudens een eigen woning. Van hen had het merendeel (83%) hypotheekschuld. Bij een groeiende groep huishoudens overstijgt de fiscale hypotheekschuld de waarde van de eigen woning. Bij deze fiscale hypotheekschuld is geen rekening gehouden met opgebouwde tegoeden bij spaar- en beleggingshypotheken.
Begin 2008 was nog bij 13 procent van de eigenwoningbezitters sprake van onderwaarde, begin 2013 was dat 34 procent. Ook het bedrag van de onderwaarde is gestegen: begin 2013 ging het gemiddeld om 61.000 euro per huishouden, tegen 52.000 euro begin 2012.
Waarde
Bij 2,1 miljoen huishoudens was de waarde van de eigen woning begin 2013 hoger dan de fiscale hypotheekschuld. Dit komt neer op bijna de helft van de huishoudens met een eigen huis. Dit aandeel is de afgelopen zes jaar fors teruggelopen. Op 1 januari 2008 ging het nog om bijna driekwart van de eigenwoningbezitters. Van de huishoudens met een eigen woning hadden 720.000 geen hypotheekschuld. Dit aantal is van 2008 tot 2011 met ongeveer 170.000 toegenomen en is sindsdien stabiel.
Bij ruim twee derde van de huishoudens met een woning met onderwaarde is de eigenaar jonger dan 45 jaar. Vaak is de woning vlak voor de crisis gekocht en is nog niet veel van de hypotheekschuld afgelost. Het zijn voornamelijk deze jongere huishoudens die bij (gedwongen) verkoop van de woning het risico lopen met een restschuld te blijven zitten. Bij oudere huishoudens speelt dit nauwelijks. Begin 2013 had bijna 45 procent van de 65-plussers met een eigen woning geen hypotheekschuld en was slechts bij 3 procent sprake van onderwaarde.