Elk jaar zijn er bijna 300.000 Nederlanders die hun verplichte zorgpremie niet betalen. Ze worden geregistreerd als wanbetaler. Hun aantal is stabiel. Voor iedere Nederlander die zijn of haar problemen oplost, komt er één bij.
Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
In hoeverre de economische crisis een rol speelt, is niet duidelijk. Maar volgens hetNationaal Instituut voor Budgetvoorlichting voelen veel Nederlanders de malaise in hun portemonnee. ,,Ongeveer 45 procent van de mensen heeft moeite om rond te komen. Op een gegeven moment staat er zo weinig op de rekening dat het geld niet meer kan worden afgeschreven. En dan lopen de betalingsachterstanden snel op. Je komt in een vicieuze cirkel terecht”, licht een woordvoerster toe.
De wanbetalers zijn gelijkmatig verspreid over het hele land. Ongeveer een kwart komt uit Zuid-Holland, waar ook ongeveer een kwart van de Nederlanders woont. De provincie wordt gevolgd door Noord-Holland, Noord-Brabant en Gelderland, de drie volgende provincies qua inwonertal.
In totaal betaalt ongeveer 2 procent van de Nederlanders de premie niet. Autochtonen zijn de trouwste betalers, maar 1 procent heeft rekeningen openstaan. Van de Marokkaanse en Turkse Nederlanders betaalt 5 à 6 procent de premie niet. Bij Antillianen is het afdragen het grootste probleem. Een op de zes van hen staat te boek als wanbetaler.
Sinds 2006 moet elke volwassen Nederlander een basisverzekering hebben. Verzekeraars zijn verplicht iedereen te accepteren. De polis dekt onder meer bezoeken aan huisarts, een verblijf in het ziekenhuis, hulp van verloskundigen, bepaalde geneesmiddelen en reageerbuisbevruchting.
Mensen die langer dan 6 maanden geen premie betalen, gelden als wanbetaler. Hun verzekeraar geeft ze door aan het College van Zorgverzekeringen. Die houdt dan de premie, met 30 procent erbovenop, in op het salaris of de uitkering van de wanbetaler. Dat moet mensen stimuleren snel orde op zaken te stellen