Belastingtarieven
In deze rekenregels zijn het bruto wettelijke minimumloon, de sociale premies, belastingtarieven en heffingskortingen per 1 januari 2013 opgenomen. Deze premies en tarieven zijn relevant voor de uitkeringsbedragen die via de netto-netto koppeling worden vastgesteld. Het afgeronde (bruto) minimumloon wordt per 1 januari aanstaande met 0,91% verhoogd.
Uitkeringen op minimumniveau
Vanaf 1 januari 2012 wordt (met uitzondering van de AOW) de dubbele algemene heffingskorting afgebouwd in het referentieminimumloon. Dit houdt in dat de algemene heffingskorting met 2,5 procentpunt per half jaar daalt totdat de algemene heffingskorting één keer wordt meegenomen in het referentieminimumloon. Per 1 januari 2013 wordt de algemene heffingskorting 1,925 keer meegenomen in de berekening van het referentieminimumloon (voorheen was dit 2 keer).
Toeslagenwet
De Toeslagenwet verstrekt waar nodig een aanvulling op de loondervingsuitkering krachtens de Werkloosheidswet, Ziektewet (vangnet), Wajong, WAO, WIA, IOW en Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen (WAMIL). Het normbedrag voor gehuwden is gekoppeld aan 100% van het bruto minimumloon.
Het normbedrag van alleenstaanden vanaf 23 jaar is op netto basis gerelateerd aan 70% van het netto minimumloon terwijl de normbedragen van 18- t/m 22-jarigen zijn gekoppeld aan 75% van de desbetreffende netto minimumjeugdlonen. Het normbedrag voor alleenstaande ouders is gekoppeld aan 90% van het netto minimumloon. Ook bij de netto gekoppelde uitkeringen van de toeslagenwet is rekening gehouden met de afbouw van de dubbele algemene heffingskorting in het referentieminimumloon per 1 januari 2012. In bijlage II.3 zijn de nieuwe normbedragen opgenomen.